BALDER, Vlaardingse Haring Logger uit 1912, schaal 1:50 vanaf tekeningen

Dankjewel, Peter. Da’s het voordeel van 1:50. Maar daar loop je ook weer tegen de limiet aan. Maar het geeft voldoening dat het nog steeds lukt wat ik in gedachte had.
Gr. Peter

 

Sinds mijn laatste bezoek aan dit verslag heb je prachtige vorderingen gemaakt Peter.
Groet, Jan.

 

Dankjewel voor het compliment en de likes, Jan. En blijft een ontdekkingsreis in het verleden.
Gr. Peter

 

Voor het maken en installeren van de trap moest ik toch wat langer nadenken.

Links een foto uit het restauratieboek van het Scheepvaartmuseum. Rechts die ik zelf heb genomen in de Balder. Het is een robuste trap waar de bemanningsleden gerust met hun klompen gebruik van kunnen maken.
Rechts naast de trap de smalle doorgang naar de kombuis. Achter de trap een stukje scheidingswand.
Rechtsonder in de foto een insert van de bovenste traptree. Deze ligt gelijk aan het dek. Ook steekt de tree iets voor de beide trapbomen uit en zijn de buitenhoeken afgeschuind.

Eerst de hoek van de trap opgemeten.

Opgemeten vanaf de waterlijn is dat 10 graden.

Een mal van 2x10 graden gemaakt en met dubbelzijdige tape op de kruistafel geplakt:

Beide trapbomen ook op de tape gelijmd. De uitsparingen voor de 7 treden vervolgens horizontaal uitgefrased.
Dan komen de treden ook horizontaal op de waterlijn ten opzichte van het schip te liggen. Dus niet in de hoek van de kiel danwel vloer van het vooronder. Waarom? Heb je zelf wel eens op een trap gelopen waarvan de treden gekanteld zijn? Dat brengt je uit je evenwicht.

7 treden van 11 mm met de Ultimation gesneden:

Linksonder: het inlijmen van de treden m.b.v. de kleine winkelhaak met achter de tree een uitvul latje van 0,6 mm. Zodat de treden aan de voorzijde iets uitsteken. Met de schuine hoekjes.

Een kleurtje gegeven zodat het een hardhouten trap lijkt:

Op de middelste foto het stukje vloer, achterwand en plint dat over de huidige vloer moet gaan schuiven.
Op de rechtse foto deels aangebracht. Een stukje dunne folie onder het vloertje schuift tussen de vloer en de balken om de verlijming iets stevigheid te geven.

De test fit:

Linkse foto:
Pijlen A: het stukje vloer moet over de vloerprofielen in de stuurboord helft schuiven. Net als het stukje vloer voor de kachel.
Pijl B: Het wandje moet achter het profiel van de dekbalk schuiven.
Rechtse foto: De beide delen tegen elkaar.
In het stuurboord deel zijn wat staanders te zien. Ik heb in dat deel ook de onderbroken delen van de dek middenbalk weggehaald. Zoals ik bij de inrichting van het bakboord deel al schreef, ik vond dat niet mooi.

Het stukje wand/vloer ingelijmd en de trap gezet:

Met een foto vanaf de voorzijde om de uitlijning te controleren:

Ik krijg met de iPhone helaas geen mooie foto vanuit de binnenzijde zodat ik een vergelijkende foto heb zoals de dubbele foto aan het begin van de post.

De beide delen samengevoegd:

De beide vloertjes schuiven netjes over de balken van het stuurboord deel.

Wat ik met de staanders doe in het stuurboord deel weet ik nog niet. Misschien laat ik ze wel wit om aan tegeven dat niet tot de grijze constructie delen behoort.
So far, so good.
Gr. Peter

 

Zo dan, dit was weer een masterclass modelbouw, dank je wel Peter

 

Dankjewel voor dit compliment, Peter. Het zijn elke keer weer nieuwe uitdagingen.
Gr. Peter

 

Aan de slag gegaan met de beplanking van het dek.
In de oude bestekken staat: "van Zweedsch greenen 6" - 3", vastgemaakt met dekschroeven. Te kalfaten met twee draden.'
In een 2e bestek staat 'pitchpine' als houtsoort.

Bij de 1e restauratie in Amsterdam is gekozen voor oregonpine. De dekdelen zijn bevestigd met 3/8" slotbouten, met de moeren aan de onderkant tegen de balkflenzen. Aan de bovenkant werden de gaten afgedopt met doppen van 2 cm dikte zodat het dek later zonder problemen kon worden geschaafd.
Over de naden kon ik niets terug vinden.

Bij de 2e restauratie in Vlaardingen is gekozen voor Iroko. De dekdelen zijn in een Sikaflex lijmlaag op het stalen dek gedrukt en bevestigd met ca 2000 rvs op het dek gelaste draadstiften met keramische ringen en rvs moeten. Afgedekt met ingelijmde houten proppen. De naden zijn afgedicht met Sikaflex en daarna geschuurd.

In had nog een parij beuken plankjes liggen die Hans (Kolderstok) voor mij had gezaagd voor de Bluenose. Maar die heb ik uiteindelijk niet gebruikt.
Van de brede stroken heb ik latjes van 3 mm gezaagd. Een proefstukje gelegd met als naden zwart papier van 0,33 mm. De naden vond ik iets te dik in verhouding met de planken.
Een 2e proef waarbij ik de papierennaden eerst onder druk op de latjes heb gelijmd. Dan worden ze ongeveer 0,26 mm dik.

A = met 0,33 mm naden en imitatie proppen van 1 mm;
B = met 0,26 mm naden en imitatie proppen van 0,6 mm.
Beide met een laagje lijnzaad olie.

Via Photoshop wat delen uit deze proefstukjes 'geplakt' op een foto met het dek bij de 2e restauratie:

Zie de A en B in de blauwe kaders. Dan zijn de naden in verhouding nog te dik. De plankjes zelf kunnen ook nog iets smaller.

Ander zwart papier gevonden van 0,20 mm. Prpefstukje met de 3 mm latjes gemaakt. De 3 mm zijn mij nog net iets te dik, nieuwe latjes van 2,8 mm en een nieuw proefstukje gemaakt:

Ook hier beide met een laagje lijnzaad olie.
Het scheelt niet veel .......... maar ziet er wat mij betreft net iets beter uit.
Zo zou het er op het dek uit moeten komen te zien:


Het beste is om het dek in 1 keer te beplanken om de doorgaande lijnen te handhaven. Misschien dat ik toch alvast een stukje in de kop en rondom de luiken doe.
Gr. Peter

 

Wat een details alweer. Zeer mooi resultaat !

 

Dankjewel, Dirk. Het voordeel van de tijd nemen om wat testjes te doen.
Gr. Peter

 

Dat wordt een prachtig stukje dek Peter

 

Als antwoord op een vraag op het SoS, nog even het stukje test op het dek van de Balder geprojecteerd:

De verhouding tussen planken en naden kloppen aardig.
Gr. Peter

 

Dankjewel, Peter. Nog zat te doen op het dek.
Gr. Peter

 

Waar ik vanaf het begin van de bouw al reuze naar benieuwd was, is hoe de huidplaten mooi vloeiend over de spanten zullen lopen.
Daarom nu alvast begonnen met het maken van wat proef mallen.

Wat uitgangs punten aan de hand van de oude tekeningen:

Ovaal linker tekening: de bovenzijde van de bovenste plaat steek een stukje uit boven de staande flens van het buitenste hoekprofiel van het dek. De verschansingsplaat valt binnen de bovenste rand van die plaat en komt op de staande flens te rusten.
Ovalen rechter tekening: de 2e plaat wordt over de onderzijde van de 1e plaat gelegd en geklonken. Idem bij de 3e, die valt weer over de onderzijde van de 2e plaat.

In het boek van de Vlaardingse restauratie staat deze tekening met het 'geprojecteerde' huidplan:
349
(Bron: Restauratieboek SZB, pag. 21: "Huidplan VL.92".)

De verhoudingen kloppen duidelijk niet.
Daarom in Photoshop de tekening in de hoogte gekrompen en in de lengte uitgerekt:

De hoogte gecontroleerd door de maatvoering in het blauw geaccentueerde deel over het spant 39 in de juiste maat te maken als het spant 39 van mijn model.

De eerste mallen gemaakt. De vorm uit het huidplan klopte niet, dus zelf gaan passen, meten, knippen en plakken:

De blauwe pijlen wijzen naar de maatvoering uit de geprojecteerde tekening van het huidplan.
Strook voor strook naar beneden gewerkt:

Met dit als resultaat:



Dat begint aardig op een rompvorm te lijken. Het is een uitgangspunt voor het maken van de definitieve vormen. Die moet ik in de verticale richting wel ‘forceren’ voor een vloeiend verloop. Bij deze papieren mallen was dat maar een beetje mogelijk.
Dan moet ik de randen van de afzonderlijke mallen een wat vloeiender verloop geven en doortrekken naar het grootspant.
Maar het begin is er …….. en mijn spantjes kloppen.
Gr. Peter

 

Gewoon geweldig om dit te volgen.

 

Prachtig, het begint een schip te worden als je die huidplaten er op maakt Peter,

 

Dankjewel, Patrick en Peter. Tussentijds had ik met latjes en strookjes het verloop van de spanten gecontroleerd, maar op deze wijze heb je de bevestiging dat het klopt.
Gr. Peter

 

En nu op de knietjes op de spantenvloer om de huidplaten uit te zetten? En hoe zet je de bolling in de platen? Uitkloppen is geen optie, of ga je proberen die er in te strijken? Zelf heb ik me altijd afgevraagd hoe ze de gaten voor de klinknagels op de goed plek kregen. Die werden dacht ik geponst en later ter plaatse gesoevereind. Met een aantal bouten en moeren werd de plaat dan in positie gehouden. Als kind wel zien doen, maar toen ik me echt dingen af ging vragen was de periode van het klinken voorbij. Succes verder met de bouw! Ziet er allemaal schitterend uit. Gr. Klaas.

 

Dankjewel voor de reactie, Klaas. De platen denk ik in vorm te krijgen door er met iets ronds over heen te gaan. B.v. met een lepel, dan kan je met zoveel druk zetten als gewenst. Op een iets meegevende ondergrond.
Het zal nog even duren voordat ik daar mee aan de slag ga. Nu eerst schot 14 plaatsen en een aantal spanten tussen 14 en 39. Dan kan ik de stroken over een grote afstand uitlijnen om een mooie vloeiende lijn te krijgen.
Op zich dus te vroeg begonnen met de platen op de boeg, maar als je daar al een paar maanden naar uitkijkt, om te zien of de spanten kloppen …….. Dat is ook zo met de dekplanken. Beter om die ook over een grote afstand uit te lijnen op de zeeg.
Dus weer aan de slag met spantjes maken.
Gr. Peter

 

Een idee voor de platen.
Maar ik denk niet dit bij jou lukt, want deze gebruikt een "volle" romp. Zelfklevende aluminium folie en voor de klinknagels tandwielen (zie verder)

https://modelshipworld.com/topic/34...-187-steamship/?do=findComment&comment=996556

 

Dankjewel voor de link, Patrick. Het is inderdaad een andere bouwwijze.
Gr. Peter