De FK 43 heeft zaterdag in De Dumpel in Velp z'n eerste luchtdoop ondergaan! Het begon echter niet meteen met een 'lucht'doop; we begonnen zeer voorzichtig, met 200 toeren op de rubbermotor. Deze motor bestond uit 4 strengen 1x3 mm FAI rubber, lengte 44 cm., de zelfde motor die ik in de Piper J5 Cub Cruiser gebruik. Afijn, Roel zei: 'doe er iets meer linker bocht in' en Roel, Ramses en Erik verspreiden zich in de zaal om eventuele aanvaringen met de muren voor te zijn. Maar de FK reed alleen maar een stukje, in een mooie linkerbocht, dat wel. 300 toeren gaf een iets sneller ritje; pas bij 400 toeren kwam het rechter wieltje los van de grond. 500 toeren gaf een paar rondjes short track, ofwel vliegen met één wiel en een vleugeltip op de grond. Pas bij 800 toeren vloog de FK een rondje laag door de zaal. Inmiddels was duidelijk dat de bocht wel wat minder mocht, dus het richtingsroer werd terug gezet naar bijna recht. In de volgende vlucht vloog de FK al wat minder bocht, maar de bocht was wel wat steil. Daarom werd er stap voor stap een beetje gewicht (boetseerklei) aan de rechter tip geplakt, en daarna een stukje plakband op de bovenkant van de linker vleugel bij de trip, zodat het een beetje down aileron voorstelde. Daarmee krijg je een vlakkere bocht. (Ik had daar al rekening mee gehouden, want de negatieve tipverdraaiing was aan de rechtervleugel ongeveer 2 mm en aan de linkervleugel bijna niets). Ook leek de FK wat teveel aan de prop te hangen, zodat er wat klei aan de neus werd geplakt. Met al deze trimveranderingen maakte de FK z'n eerste rondjes daadwerkelijk in de lucht. Het was echter duidelijk dat er niet genoeg power was, dus heb ik een 15 cm. langere motor gemonteerd, die meer toeren kan hebben. Het bleek echter dat het model hiermee niet hoger ging vliegen, maar wel na de landing te veel toeren over hield. De volgende stap zal dus een dikkere motor moeten zijn. Een trimpuntje waarvan de oorzaak nog niet duidelijk is, is dat de FK aan het eind van de vlucht, dus als de torsie van de rubbermotor afgenomen is, zijn linkerbocht steiler maakt. Maar met een dikkere motor zal dat ook wat anders zijn. Wel lijkt duidelijk dat de FK 43 mooi licht is, en dus mooi langzaam moet kunnen vliegen.
Afijn, weer thuis werd het tijd om de FK 43 aan te pakken. Het eerste punt was het herstellen van de linksboven langsligger in de romp. Op deze plek had ik tijdens de bouw teveel druk moeten zetten, met als gevolg dat deze langsligger op twee plaatsen was gebroken. Niet belangrijk voor de sterkte, maar het ziet er niet uit. Ik dacht eerst ergens in de tissue bekleding een klein gaatje te maken en dan met een soort micro-chirurgie de latjes in kwestie te versterken. Maar toen besefte ik dat ik twee vliegen in 1 klap kon slaan: de reparatie doen en de ophanging van het kielvlak te verbeteren. Het kielvlak zit namelijk alleen maar op twee punten met UHU Hart aan het tissue van de rompbovenkant gelijmd, en dat is wat wankel. Maar, het richtingsroer steekt verder omlaag, tot onder aan de romp. En daar hoort natuurlijk ook een aanhechtpunt, en wel een derde alu plaat 'scharnier'. En dat had ik tijdens de bouw over het hoofd gezien. Dus werd de UHU Hart waarmee het kielvlak vast zat zacht gemaakt met een kwastje met aceton, en kon het kiel vlak na een paar minuten pijnloos worden verwijderd. Daarna heb ik het tissue van de rompbovenkant weggehaald, en kon de reparatie beginnen.
Dat was simpelweg een kwestie van twee dunne balsa latjes vastlijmen.
Terwijl dit droogde, heb ik de vleugels onder de loep genomen. De linker vleugel kreeg allereerst een 'Gurney flap', ofwel een latje 1,5 x 1,5 balsa onderaan op de achterlijst bij de tip. Dit was om het plakbandje te vervangen, en heeft het zelfde effect als wat down op het rolroer.
Ik had zaterdag van Ramses de decals die hij voor me had getekend en geprint gekregen. Het gaat on de registratie PH-ASO op 4 plekken, de naam Olietor aan weerskanten van de neus, het Koolhoven embleem aan weerskante van het kielvlak, en de naam en logo van de KLM aan weerskanten op de romp. De registratie komt aan weerskanten van de romp in wit en zowel onder- als boven op de vleugel, respectievelijk in zwart en rood. Nu is de onderkant van de vleugel gespoten in een matte houtkleurige verf van Tamiya, en decals hechten niet goed op matte verf. Eerst heb ik met een zwarte stift te contouren van de rolroeren op de vleugel getekend. Dat helpt met het plaatsen van de decals. Daarna heb ik Tamiya glansvernis over de matte verf gespoten. Helaas deed de natte vernis de rolroerlijnen uit lopen! In zo'n geval helpt alleen een drastische actie, dus ik heb met een doekje met alcohol de hele boel weggepoetst.
Nadat de boel weer droog was heb ik het aangetaste gedeelte weer overgespoten, en daarna weer een laagje blanke vernis aangebracht.
Terwijl dat allemaal droogde, was er tijd om de decals uit te snijden. Deze decals zijn op een vel met draagfilm gedrukt, wat betekent dat je elk decal uit moet snijden. Anders zou je een heel vel draagfilm op je model aanbrengen, en dat is onnodig zwaar en staat ook niet. Daarnaast is het niet mogelijk om met een normale printer wit af te drukken, dus witte registraties of decals waar wit in moet, moeten worden afgedrukt op wit decal papier, met kleur er omheen om de vorm aan te geven. Deze kleur moet idealiter gelijk zijn aan de kleur die het betreffende deel van het model heeft, maar dat is vreselijk ingewikkeld om precies goed te krijgen, gezien de verschillende eigenschappen van kleureninkt, verf en tissuekleur. Dus ook hier is het zaaks om de decals nauwkeurig uit te snijden. Een ander punt is het lettertype van de 'Koninklyke Luchtvaart Maatschappy' wat geen bestaand font is. In de jaren '30 zijn die namen ongetwijfeld uit de hand door een letterschilder aangebracht! In ieder geval heeft Ramses die ook precies gereproduceerd, in goudgeel op zwart.
Als de decals er op zitten, moeten nog wat details worden aangebracht.