Terug on topic dan. De titel van dit draadje zegt Retro, een ontwerp van voor 1987. Welke vrijheden heb je dan? Moet het model qua maatvoering overeenkomen maar is de rest vrij? Geen brandstof maar electro Geen korte maar langere pootjes Geen 35 MHz maar 2.4 GHz computerzender Geen analoge maar digitale servo's Geen schuim maar opgebouwde vleugels Geen dik hout zaagt men planken maar lichtere constructie Is dit dan nog Retro?
Retro is : In de stijl van vroeger. Deze definitie laat nogal wat ruimte voor aanpassingen. Hiervan wordt dan ook gebruik gemaakt. De vleugel en het stabilo worden van schuim gesneden evenals in 1981.
Vandaag de vleugels gesneden,de eerste mislukte door een foute instructie van mij. Weer een nieuwe hoofdvorm uitgesneden en overnieuw begonnen. Het snijproces is simpel. De wortelmal wordt voorzien van een verdeling door telkens de afstand in 2 te delen. Hetzelfde wordt gedaan met de tipmal.De tipmal heeft een kleinere verdeling maar wel in dezelfde verhouding als de wortelmal. Het snijden doen mijn vrouw en ik samen. Ik doe de wortelmal en zij de kleine mal.Door nauwkeurig de snijdraad op het corresponderende nummer te sturen loopt de draad precies volgens het profielverloop door het schuim heen. In de nullijn van de mal worden 3 mm gaten geboord precies op de hartlijn.Door het boorgaatje kan je de hartlijn zien op het schuim. Met spijkers wordt de mal vastgeprikt in het schuim.. Zo nu de restjes opruimen en het inbouwen van de componenten kan beginnen.
De vleugels zien er keurig uit. Hanno Prettner gebruikte inderdaad zelf ook meestal schuim. Het profiel verloop is veel zuiverder dan bij een ribben vleugel, het hout zakt daar tussen de ribben altijd iets in, waren zijn woorden. Ik heb dat ooit in een artikel van hem gelezen. Een schuimvleugel is volgens de juiste bouwwijze niet zwaarder dan een volledig ingedekt ribben vleugel en heeft dus het grote voordeel dat het profiel veel zuiverder / nauwkeuriger is. Grt, Arnoud.
Op de tekening staat een ribben stabilo getekend. In het verleden heb ik een aantal Curare s gebouwd,( dit was de voorloper van de Magic) dit model had vanuit het ontwerp een uit schuim gesneden stabilo. Zelf heb ik ook deze modellen gemaakt met de uit schuim gesneden stabilo s. Waarom is bij dit de Magic terug gegrepen naar een spanten stabilo?
Ik zou er niet teveel achter zoeken. Als je naar de Outerzone Magic40 tekening kijkt is alles foam en de Magic60 ribben vol ingedekt. In de stijl van vroeger mag allebei.
Het kan zijn dat het met productiekosten te maken heeft. In de tijd van de Magic waren de duurdere bouwkits voorzien van schuimvleugels. Ik vermoed dat het toen meer tijd kostte om een schuimingedekte vleugel te maken. Een afweging kan ook zijn dat er in een volledig spanten vleugel makkelijker gekozen kan worden tussen wel of geen intrekbaar landingsgestel. Grt, Arnoud.
Een veelgebruikte manier om schuimvleugels nog lichter te maken ,als je nog een uurtje of wat over hebt.
In stijl van vroeger de Xtra40 gebouwd als een LB kunstvlucht model, wel met carbon onderstel, originele motorkap en cockpit. Alle balsa ongeveer de helft van de brandstof versie. Stabilo en richtingroer is opgebouwd uit ribben met 1,5mm indekking. Vleugel is uit een stuk en zit met 4 boutjes vast aan de onderkant van de romp. Motor is een Torcman 320-14 van 750 rpm/volt die ik ook voor LB gebruik.
Zo te zien beleef je veel plezier aan het bouwen van dit model. Dank voor je opmerking balsa van ales ongeveer de helft van de barndstof versie. De rompzijkant van de Magic staat op de tekening met een dikte van 5 mm . Denk dat ik dezze nogmaals ga maken maar dan van 3 mm dik.
Plezier zeker. Twee jaar terug een Xtra overgenomen met tekening en reserve motorkap, die vloog lekker maar was aan de zware kant, alleen een motor met Hatori pijp kon voldoende vermogen leveren voor meskant. Deze wordt veel lichter. Onderdeel van de sterkte van de romp is de bevestiging met boutjes en niet met pennen, daardoor maak je van de romp die een U profiel heeft een doos constructie en die is heel veel sterker. Vanaf het dikste punt van de vleugel naar voren bekleed ik de romp met 20 grams glasmat, de rest met papier.
Goed idee, ga ik over nadenken.Ps schuim fraisen ,weet niet of dat gaat. Alleen al de resten die je na maanden nog vindt maar ik wil het een kans geven
Om nog wat data te bestuderen heb ik een uitdraai gemaakt van de datalogger in de CC regelaar van mijn Axiome 70 Het is een 75 Ampere Castle creations lv regelaar.Motor EF 4016 500 kv propeller 15X10 APC E De logging was voor 96% vol en geeft een beeld van de laatste 50 minuten. 1 vlucht duurt 8 minuten 6 vluchten. 1232 watt 55.1 Ampere en 8765 RPM Deze combi komt ook in de Magic
SLS 3200 Ma lipo 20C . De timer staat op 7 minuten , een vlucht duurt inclusief landing 7.5- 8 minuten.
De door mij gebruikte motor was een OS 61 Hanno Special met acher uitlaat en resonantie pijp. Een 12x11 en later een 12x12 propeller draaide 10.000- 11000 RMP. Het zal een vermogen hebben gegeven van 1100 watt. Deze motor was al ontworpen voor grotere propellers met lagere toerentallen. Inmiddels een collectors item waar al prijzen voor worden betaald van € 1200,- Er was veel inschatting en weinig meetwaarden.De voorloper van de OS 61 Hanno special was de OS 61 FSR , deze draaide een 11X7,75 propeller met 14000 RPM. Veel snelheid en weinig stijgvermogen , de verticale figuren konden worden gevlogen door gebruik te maken van een enorm snelhied overschot. Met een 1500 watt E motor en een reductie van het gewicht met 600 gram zal de Magic wel door het P 21 programma heenkomen.